Syntax

Een spel voor het trainen van de grammaticale vaardigheden voor zowel ouderen als kinderen

Het doel van het spel is om zoveel mogelijk paren te verzamelen. De spelers zitten tegenover elkaar. Iedere speler heeft een speelkaartenhouder voor zich en één stapel met speelkaarten. De eerste 5 kaarten worden in de speelkaartenhouder gezet, zodat de speler ze goed kan zien. De andere speler (therapeut) doet dat met dezelfde kaarten maar dan in spiegelbeeld.

De begeleider begint met vragen: Heb jij voor mij de kaart met … en omschrijft daarbij de persoon en de handeling op de kaart, bijvoorbeeld: De vrouw drinkt uit een kopje. De andere speler kijkt bij de kaarten op zijn speelkaartenhouder of hij de kaart kan vinden. Hij geeft deze af aan de vraagsteller. Deze legt beide kaarten voor zich op tafel. Beide spelers pakken de bovenste kaart van de afname stapel en zetten deze bij de vier overgebleven kaarten zodat er weer 5 kaarten staan. Vervolgens is de patiënt/leerling aan de beurt. Wie aan het einde van het spel de meeste kaarten heeft, heeft gewonnen.