Memogym 2
Inhoud: De kaartjes hebben gekleurde symbolen om het sorteren van de verschillende thema‘s te vergemakkelijken. 18 x 12 kaartjes (65 x 65 mm), inclusief handleiding, verpakt in een kartonnen doos.
Begrippen en hun verzamelnaam in beeld en tekst
Dit materiaal dient de training van de volgende vaardigheden: • Benoemen • Woordvinding • Woordenschatstructurering • Koppeling beeld–geschreven woord • Semantisch en ruimtelijk-constructief geheugen
216 kaartjes bieden in verschillende combinaties een speelse oefening met beeld- en woordmateriaal. Memogym is geschikt voor jonge en oudere mensen en dient de verbetering van taal- en geheugenfuncties in het kader van taaltherapie (oefenmateriaal), maar ook thuis (spel). Memogym 2 dient de constructie en visualisatie van lexicale structuren. Het werkt met 216 kaartjes op beeld- en semantisch niveau en omvat zo meerdere taalverwerkingsniveaus. Naast zijn functie als oefenmateriaal voor therapie van taalstoornissen (afasie, taalontwikkelingsstoornissen met lexicaal-semantische defecten, stoornissen in de geschreven taal) is Memogym ook als spel bruikbaar.
Elke vier (beeld-)items (hyponiemen) worden zowel een passend overkoepelend (beeld-)begrip (hyperoniem) als een passende (beeld-)handeling toegekend. Hetzelfde gebeurt ook met enkel tekstkaartjes. Op deze manier is een goed gestructureerde woordenschat- en woordvindingstraining op verschillende combinatieniveaus van beeld, tekst, naamwoorden en werkwoorden mogelijk.
Voorbeeld: • vier beeldkaartjes met de (co-)hyponiemen van een gemeenschappelijk hyperoniem: appel – banaan – aardbei – sinaasappel • vier tekstkaartjes met de (co-)hyponiemen van een gemeenschappelijk hyperoniem: appel – banaan – aardbei – sinaasappel • een beeldkaartje met alle vier de (co-)hyponiemen als symbool voor het bijpassende hyperoniem • een tekstkaartje met het bijpassende hyperoniem • een beeldkaartje met een handeling waarvan het werkwoord bij alle vier de (co-)hyponiemen past: eten • een tekstkaartje met een handeling waarvan de infinitief van het werkwoord bij alle vier de hyponiemen past: eet/eten
Woordenlijst met elk 12 kaartjes • bestek poetsen: vork, eetlepel, theelepel, mes • brood smeren: bruinbrood, crackers, volkorenbrood, toastbrood • elektrische apparaten inschakelen: strijkijzer, magnetron, mixer, broodrooster • vlees braden: gehakt, kip, karbonade, worst • gebak bakken: koek, cake, muffin, taart • groente snijden: broccoli, wortels, bloemkool, paprika • servies afwassen: schaal, mok, theepot, bord • dranken drinken: bier, melk, sinaasappelsap, wijn • fruit eten: appel, banaan, aardbei, sinaasappel • planten water geven: geranium, cactus, roos, zonnebloem • sieraden dragen: broche, ring, ketting, oorbellen • schoenen aantrekken: damesschoenen, herenschoenen, sandalen, sportschoenen • zwemaccessoires gebruiken: zwemvlinders, zwemband, strandbal, duikbril • spellen spelen: badminton, voetbal, kaarten, schaken • lectuur lezen: brief, boek, ansichtkaart, krant • klokken instellen: keukenwekker, stopwatch, zakhorloge, wekker • gereedschap gebruiken: hamer, zaag, schroevendraaier, tang • make-up aanbrengen: lippenstift, mascara, oogschaduw, poeder
Help ons en andere klanten door het schrijven van een review