Kom je eruit?

Kinderen leren met dit bordspel spelenderwijs en in dialoog na te denken over sociaal-emotioneel ontwikkeling en gedragscompetenties

Alleen ga je sneller, samen kom je verder! Je begint het spel aan de rand van de kasteeltuin (start) en je eindigt bij de kasteelheer (finish). Met de opdrachten onderweg leer je je medespelers beter kennen. Om uit de kasteeltuin te kunnen ontsnappen, moet je de kasteelheer 5 dukaten betalen. Daar heb je je medespelers bij nodig! 

Doel van het bordspel Kom je eruit?

Kinderen leren spelenderwijs en in dialoog na te denken over SEL- of gedragscompetenties. Deze competenties zijn op de keuzekaartjes aangeduid met een kleur en een schildje.

• Geel: Besef hebben van jezelf
• Grijs: Zelfmanagement
• Blauw: Besef hebben van de ander
• Rood: Relaties kunnen hanteren
• Groen: Keuzes kunnen maken

Aan de hand van alledaagse situaties kunnen ze deze gedragscompetenties herkennen, verwoorden en toepassen in hun leven. Zo leren ze hoe ze in moeilijke situaties gevoelens van spanning kunnen verminderen en leren ze een positieve manier van denken aan. De voorbeelden sluiten aan bij de vijf wetenschappelijk bewezen SEL- of gedragscompetenties: Besef hebben van jezelf, Besef hebben van de ander, Keuzes kunnen maken, Zelfmanagement en Relaties kunnen hanteren.

Het spel is bedoeld voor kinderen in de leeftijd van 10-14 jaar en kan met 2-5 personen gespeeld worden.

Kom je eruit? voor leerkrachten en begeleiders

Je kunt tijdens het spel observeren en achteraf evalueren met de spelers. In de handleiding staan manieren waarop je de spelers kunt begeleiden en observeren. Het Kom je eruit?-spel doorloopt een parcours dat zich bevindt in de tuin van het Kasteel der Wijsheden. Om uit de tuin te kunnen ontsnappen, moeten de deelnemers opdrachten doen, vragen beantwoorden en keuzes maken. Onderweg komen ze op blauwe, oranje, groene of witte vakjes terecht.

De opdrachten en keuzekaartjes betreffen situaties die kinderen dagelijks meemaken en/of die een beroep doen op hun verbeeldingskracht. Wie het eerst uit de tuin komt en 5 dukaten kan betalen aan de kasteelheer, heeft gewonnen.

De deelnemers beginnen met het doornemen van de spelregels. Zij krijgen een dobbelsteen waarvan 1 zijde blanco is. Dit is het eerste moment waarbij de deelnemers de SEL-competenties moeten toepassen. Ze moeten in dit geval immers besef hebben van zichzelf en van de ander, een keuze kunnen maken, sociale druk kunnen weerstaan en relaties kunnen aangaan om samen te spelen. De deelnemers moeten samen besluiten waar de blanco zijde voor staat: een zes of een nul bijvoorbeeld. Of ze spreken af dat ze tijdens de beurt zelf bepalen hoeveel stappen ze vooruit gaan (maximaal 6). Maar ze kunnen ook afspreken dat de andere spelers dat per beurt bepalen.